Onderdeel van Pixfactory

Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis

Zilverplevier

Pluvialis squatarola

Herkenning

27-30 cm. In zomerkleed zwarte bovendelen bezaaid met zilverwitte vlekken; gezicht, oorstreek, borst en buik diep zwart; zwart op kop en borst van bovendelen afgescheiden door brede witte band. In vlucht met smalle witte vleugelstreep. Zwarte oksels opvallend en zeer karakteristiek in vlucht, contrasterend met witte ondervleugels en witte borstzijden. In winterkleed zilvergrijze bovendelen donkerder dan in zomerkleed, onderdelen grijswit. Juveniel lijkt op goudplevier, met geelgevlekte bovendelen, maar heeft zwarte oksel, witte stuit en witte vleugelstreep. Snavel zwart, poten grijszwart.

Verspreiding

Broedt in zeer noordelijk Noord-Amerika en Noord-Rusland. Trekt in de winter naar kustgebieden van Zuid-Amerika, zuidelijk Noord-Amerika, delen van Europa, Afrika, Azië, met uitzondering van Rusland, en Australië. In Nederland een doortrekker en wintergast in groot aantal.

Biotopen

Voornamelijk in getijdengebieden, bijvoorbeeld op wad- en slikplaten, stranden en kwelders. Maar ook in graslanden aan de kust en op kale akkers. Soms in binnenland aan oevers en op plasdrasterreinen. Zit ook op paaltjes bij hoogwater.

Levenswijze

Voedsel
Foerageert op plevierenmanier, met langzaam stappen of stilstaan onderbroken door korte sprintjes. Eet ongewervelden.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 4, zelden 3. Ovaal tot peervormig. Glad maar niet glanzend of iets glanzend. Licht geelbruin tot grijsachtig of soms met een bruine, rode of groene tint. Verschillend gespikkeld en gevlekt, meestal bij de stompe pool of in een strook rond de stompe pool. Formaat 51,7 x 36,0 mm.

Geluid

Drielettergrepig 'tlie-u-wie', middelste toon wat lager.

Laatste waarnemingen

Geluidsopnames