Onderdeel van Pixfactory

Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis

Kleine Klapekster

Lanius minor

Herkenning

20 cm. Lijkt op klapekster, met name op steppeklapekster, in kleur en bouw. Bovendelen grijs, zwart masker, zwarte slagpennen en staart, witte vleugelstreep en staartzijden. Kin en keel wit, borst en buik roze. Verschilt van steppeklapekster en klapekster door kleinere formaat, groter zwart masker, dat op voorhoofd doorloopt, minder wit in vleugel en op schouderpartij, geen witte wenkbrauwstreep, langere vleugels (handpenprojectie 1 tot 1_ keer lengte van tertials) en hogere, zwaardere snavel. Zit vaak rechter op. Geslachten gelijk, hoewel vrouwtje iets minder zwart op voorhoofd heeft. Juveniel gestreept, lijkt op juveniele klapekster en steppeklapekster, mist uitgebreide zwarte masker van adult. Gedrag als van andere klauwieren, maar minder agressief dan klapekster. Wordt vaak langs wegen op electriciteitsdraden gezien.

Verspreiding

Broedt in delen van Zuid-, Zuidoost- en Oost-Europa, Zuidwest- en Centraal-Azië en Zuidwest-Rusland. Trekt in de winter naar zuidelijk Afrika. In Nederland een dwaalgast.

Biotopen

Komt in zijn leefgebied voor in open bosgebied en open gebieden met verspreide struiken en dichte bosjes.

Levenswijze

Aantal eieren in legsel meestal 5-6, soms 3-7. Buikig. Glad en glanzend. Licht groen of blauwachtig-groen, zelden crèmekleurig tot geelbruin. Bezet met olijfkleurige, olijfbruine en licht lavendel-grijze spikkels en vlekjes. Een zone met veel tekens omcirkelt de stompe pool, maar voor de rest zijn de tekens schaars of zeer schaars. Formaat 25,1 x 18,2 mm.

Geluid

Roep 'sjek' en 'krèkrèkrè'. Zang babbelend, met krassende en heldere tonen.

Laatste waarnemingen