Audouins Meeuw

Herkenning

50 cm. Bijna zo groot als zilvermeeuw, maar slanker en met smallere vleugels. Adult lijkt in alle jaargetijden op zilvermeeuw, maar snavel donkerrood met zwarte subterminale band en gele punt, poten grijs olijfkleurig, oogring koraalrood, stuit en onderdelen bleekgrijs. Silhouet in vlucht slanker, met zwarte vleugelpunten zonder duidelijke witte vlekken. Mantel en bovenvleugel bleekgrijs; overig verenkleed wit. Adult in winterkleed gelijk, maar kopzijden, achterhoofd en achternek spaarzaam bruin gestreept. Juveniel met roomwit gezicht, kruin, buik en anaalstreek, egaal grijsbruine nek, keel en borst; mantel en vleugeldekveren donkerbruin met lichte veerranden ('geschubd'); staart donkerbruin met witte U-vormige lichte band op bovenstaartdekveren. In vlucht zwarte achterrand op binnenvleugel en egaal zwarte buitenvleugel.

Verspreiding

Broedt op verschillende plekken aan de kust van de Middellandse Zee. Trekt in de winter naar het zuiden langs de West-Afrikaanse kust en de Middellandse Zee. In Nederland zeer zeldzame dwaalgast.

Biotopen

Is in zijn leefgebied hoofdzakelijk zeevogel; broedt op rotsige eilanden; foerageert buiten broedtijd vaak ver van de kust; bezoekt ook beschutte baaien en baadt graag in zoetwaterstromen op stranden.

Levenswijze

Voedsel
Voornamelijk vis, dicht onder wateroppervlak gevangen; soms ook kleine vogels en zoogdieren, en ongewervelde land- en waterdieren zoals insecten, inktvissen en krabben.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 2-3. Buikig. Glad en enigszins glanzend. Licht olijf-geelbruin tot olijfkleurig. Tamelijk schaars getekend met kleine vlekken en stippen in zwart, bruinachtig-olijf en nuances van grijs, vaak in een zone met dichtere vlekken rond de stompe pool. Formaat 62,2 x 43,3 mm.

Geluid

Roep verschilt sterk van zilvermeeuw, gevarieerder en schorrer, een nasaal, schor 'geerk', vooral bij alarm.

Laatste waarnemingen

Bron