Om vogels goed te kunnen determineren, is het een ‘must’ om goed aan te kunnen geven waar welk kenmerk zit. Gelukkig bestaat er een uniforme terminologie, zodat je als vogelaar weet wat er wordt bedoeld met bijvoorbeeld de tertials, teugel of tibia. In dit artikel zie je aan de hand van tekeningen alle verschillende veergroepen en wat de naam is van elk onderdeel van een vogel. Alle afbeeldingen zijn afkomstig uit Dutch Birding 7: 37-48 en overgenomen met toestemming van de redactie.
Algemene anatomie
Kopdetails
Vleugelanatomie
Als je naar verschillende veren van een vleugel verwijst is gebruik van de juiste terminologie noodzakelijk. Je ziet het op onderstaande tekeningen, maar in het kort zijn dit de belangrijkste onderdelen van een vleugel. Er zijn twee soorten slagpennen. De handpennen (of grote slagpennen) en de armpennen (of kleine slagpennen), die individueel genummerd zijn. Er zijn 10 handpennen, de binnenste is nummer 1, de buitenste nummer 10. Het aantal armpennen varieert; de buitenste armpen is nummer 1. De binnenste armpennen hebben een eigen naam: de tertials. Op de boven- en onderzijde van de vleugel groeit een groot aantal kleinere veren: de dekveren. De binnenzijde van de ondervleugel heeft een aantal min of meer puntige veren: de zogenaamde okselveren.
Eén reactie
De naamgeving bij de anatomie van de vogelpoot klopt niet altijd. Vogels lopen op hun lange tenen waardoor hun enkels niet op de grond komen zoals bij ‘zoolgangers’ zoals de mens.
Wat staat aangegeven als ‘enkel’ is de plek waar de tenen (digiti) over gaan in de voet (tarsus). De werkelijke enkel (metatarsus, en die wijst naar achteren net als bij alle dieren) zit tussen de voet en het onderbeen (bestaande uit tibia = scheenbeen en fibula = kuitbeen) en staat hier als ‘knie’ benoemd. Boven de enkel volgt de tibia (scheenbeen) die staat goed benoemd. Daarboven staat dij aangegeven maar op deze tekening is het dijbeen niet te zien, dat zit ‘in het lijfje’ van de vogel net als de dus onzichtbare knie (die wijst naar voren) wat het gewricht is wat de tibia (en fibula) verbindt met de femur (dijbeen).