Download GRATIS het ebook '14 tips om meer te genieten van vogels' en ontvang onze 2 wekelijkse nieuwsbrief met de meest recente artikelen op vogelskijken.nl
Introductie
Een staartmees is volgens velen het toppunt van schattig. Ze zijn heel klein en pluizig, behoorlijk tam en maken vriendelijk pruttelende geluidjes. En als ze je dan, met hun koppie scheef, eventjes aankijken, ben je verkocht.
Kenmerken
Als de staartmees niet zo’n lange staart zou hebben, was het misschien wel het kleinste vogeltje van ons land. Het zijn aandoenlijk kleine bolletjes met piepkleine snaveltjes, die in kleine groepjes door bomen en struiken dwarrelen.
Verenkleed
Zeer klein en bol, met zeer lange, donkere staart (langer dan het lijf) met witte zijden (1). Witte kop met zwarte zijkruinstrepen, die samenkomen op de rug (2). Zeer kleine snavel (3). Borst en buik wit tot licht roodbruin (4). De schouderveren zijn meest roodbruin gekleurd (5).
Juveniel kleed
Kenmerkend gedrag
De staartmees bouwt een moeilijk te vinden nest van mos, korstmos, stukjes boombast en spinnenwebben, bekleed met zachte veertjes. Het ronde tot ovaalvormige nest heeft een ronde zij-ingang.
De staartmees eet vooral insecten en rupsen die ze uit struiken en bomen plukken. In het najaar en de winter wordt het dieet aangevuld met zaden. In tuinen komen zij regelmatig op vetbollen.
Staartmezen zijn sociale vogels. Buiten het broedseizoen trekken zij in kleine familiegroepen ‘dwarrelend’ rond in bomen en struiken, vaak ondersteboven hangend om voedsel te vinden. Voortdurend blijven zij met elkaar in contact met een scherp, drielettergrepig ‘srieh-srieh-srieh’ of ’tserrr’. Vaak hoor je ze eerder dan dat je ze ziet. Als één vogel naar een volgende boom vliegt, volgen de anderen spoedig. Wanneer er een even achterblijft, wordt er gewacht tot hij zich weer aansluit bij de groep.
Gelijkende soorten
In Noord-Europese landen komt de ondersoort witkopstaartmees voor, met geheel witte kop en scherp afgetekende nekband voor. Ook op de vleugels is veel meer wit te zien dan bij de ‘gewone’ staartmees. De witkop verschijnt slechts bij uitzondering in ons land. Een enkele keer vindt een invasie plaats.
Overigens broeden heel wat witkoppige staartmezen bij ons, die vaak per abuis gemeld worden als witkopstaartmees. Het contrast tussen de witte kop en de rug is minder groot, en ook kan er op borst en buik een bruinroze zweem te zien zijn.
Wist je dat?
De staartmees is geen ‘echte’ mees, maar behoort tot een aparte familie.
Staartmezen zijn weinig schuw. Als er een groepje in de boom of struik voor je rond buitelt en je blijft rustig staan, komen ze erg dichtbij en naderen ze je soms tot op minder dan een meter.
Staartmezen mengen zich in het winterhalfjaar regelmatig met andere mezen en goudhaantjes.
Het aantal broedparen in Nederland wordt geschat op 15.000 – 20.000.
Eén reactie
De laatste paar weken (het is vandaag 25-Mar-24) komt er regelmatig (minstens 5x per dag) een staartmees tegen het raam tikken. Ik vermoed dat hij (/zij ?) de confrontatie met zijn spiegelbeeld opzoekt, hij lijkt mij alleszins niet te zien aan de andere kant van het raam, als ik traag beweeg kan ik heel dichtbij komen. Mijn huis/bungalow in Kasterlee (Vlaanderen) is alleenstaand met veel planten en een aantal bomen rondom, op zo’n 15m van de openbare (niet al te drukke) weg. Ik heb gelezen dat ze veelal in groep foerageren; deze lijkt mij alleen te zijn.
Leuk, voor mij alleszins.
De laatste paar weken (het is vandaag 25-Mar-24) komt er regelmatig (minstens 5x per dag) een staartmees tegen het raam tikken. Ik vermoed dat hij (/zij ?) de confrontatie met zijn spiegelbeeld opzoekt, hij lijkt mij alleszins niet te zien aan de andere kant van het raam, als ik traag beweeg kan ik heel dichtbij komen. Mijn huis/bungalow in Kasterlee (Vlaanderen) is alleenstaand met veel planten en een aantal bomen rondom, op zo’n 15m van de openbare (niet al te drukke) weg. Ik heb gelezen dat ze veelal in groep foerageren; deze lijkt mij alleen te zijn.
Leuk, voor mij alleszins.
René is geboren in december 1952. Hij is sinds twee jaar woonachtig in Noordwolde (Fr.), daarvoor in Amersfoort. Van jongs af aan was René gefascineerd door de natuur, en zwierf hij door de polders en bossen rondom Amersfoort. Ook haalde hij wekelijks natuurboeken bij de bibliotheek om zijn kennis te verrijken. Toen hij twaalf jaar was, werd hij lid van de plaatselijke afdeling van de NJN, waarmee hij elke zaterdag en zondag op excursie ging en in de vakanties op kamp overal in Nederland. In zijn werkzame leven was hij leraar op basisscholen in Amersfoort. René was jarenlang actief in de Vogelwacht Utrecht, als coördinator van de afdeling Amersfoort en in de redactie van het verenigingsblad 'De Kruisbek'. Hij houdt vogellezingen, geeft vogelherkenningscursussen, en schrijft bij tijd en wijle artikelen in de Kruisbek van de Vogelwacht.
René de Waal
René is geboren in december 1952. Hij is sinds twee jaar woonachtig in Noordwolde (Fr.), daarvoor in Amersfoort. Van jongs af aan was René gefascineerd door de natuur, en zwierf hij door de polders en bossen rondom Amersfoort. Ook haalde hij wekelijks natuurboeken bij de bibliotheek om zijn kennis te verrijken. Toen hij twaalf jaar was, werd hij lid van de plaatselijke afdeling van de NJN, waarmee hij elke zaterdag en zondag op excursie ging en in de vakanties op kamp overal in Nederland. In zijn werkzame leven was hij leraar op basisscholen in Amersfoort. René was jarenlang actief in de Vogelwacht Utrecht, als coördinator van de afdeling Amersfoort en in de redactie van het verenigingsblad 'De Kruisbek'. Hij houdt vogellezingen, geeft vogelherkenningscursussen, en schrijft bij tijd en wijle artikelen in de Kruisbek van de Vogelwacht.
Eén reactie
De laatste paar weken (het is vandaag 25-Mar-24) komt er regelmatig (minstens 5x per dag) een staartmees tegen het raam tikken. Ik vermoed dat hij (/zij ?) de confrontatie met zijn spiegelbeeld opzoekt, hij lijkt mij alleszins niet te zien aan de andere kant van het raam, als ik traag beweeg kan ik heel dichtbij komen. Mijn huis/bungalow in Kasterlee (Vlaanderen) is alleenstaand met veel planten en een aantal bomen rondom, op zo’n 15m van de openbare (niet al te drukke) weg. Ik heb gelezen dat ze veelal in groep foerageren; deze lijkt mij alleen te zijn.
Leuk, voor mij alleszins.