Onderdeel van Pixfactory

Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis

Zo herken je de rotgans

Download GRATIS het ebook '14 tips om meer te genieten van vogels' en ontvang onze 2 wekelijkse nieuwsbrief met de meest recente artikelen op vogelskijken.nl

 
Fotograaf: René de Waal

Kenmerken

Het ‘RROT-RROT-RROT’ is in de wintermaanden langs de kust, met name in het Waddengebied en de Zeeuwse Delta, niet van de lucht. Rotganzen zijn lange afstandstrekkers, die wel zo’n 5000 km afleggen van hun arctische broedgebieden naar hun winterverblijf. Tienduizenden rotganzen overwinteren elk jaar in ons land.

Verenkleed

De geslachten zijn gelijk. De kop en hals zijn zwart, met uitzondering van een witte, halvemaanvormige halsvlek, van grote afstand niet altijd even goed zichtbaar (1). De rug is effen grijs, scherp begrensd met de zwarte hals (2). De handpennen zijn zwart (3). De onderzijde is ook grotendeels grijs, maar met wat wit op de flanken (4). Aan de achterzijde (anaalstreek en weerszijden van de stuit) is de rotgans altijd wit. De kop is relatief klein.

Volwassen rotganzen. Let op de variatie in bandering op de flanken van de verschillende vogels. Fotograaf: René de Waal

Juveniel kleed

Bij onvolwassen rotganzen zijn de toppen van de dekveren op de bovendelen vuilwit, zodat deze een gestreepte indruk maken. De witte halsvlek ontbreekt nog.

De halsvlek ontbreekt bij de jonge vogel. Fotograaf: René de Waal

Kenmerkend gedrag

Rotganzen foerageren bij laag water in grote groepen op het wad, waar ze al grondelend zoeken naar zeegras. Ze grazen en rusten ook veelvuldig op grasland en schorren.

Rotganzen grazend op grasland. Fotograaf: René de Waal

 

Trekgedrag

Rotganzen broeden op de lage toendra langs arctische kusten en op eilanden. Tijdens het korte arctische broedseizoen wordt één legsel van 3 tot 5 eieren uitgebroed. Ze overwinteren vanaf oktober in West-Europa op de Waddenzee, in Zuid-Engeland en West-Frankrijk. De aantallen rotganzen in Nederland zijn het grootst in april-mei. Eind mei-begin juni vertrekken ze weer naar de arctische broedgebieden.

In Nederland overwinteren naar schatting jaarlijks zo’n 50 à 60.000 rotganzen, en er trekken, met name in april-mei, 75.000 tot 88.000 door.

Rotganzen vliegen vaak in slordige V-formaties. Fotograaf: René de Waal

Gelijkende soorten

De rotgans kent twee ondersoorten, die tegenwoordig als aparte soorten worden beschouwd.

Witbuikrotgans

Broedt op Groenland en Spitsbergen. Witbuikrotganzen overwinteren doorgaans in Denemarken, Ierland en Engeland, en is bij ons een zeer schaarse wintergast. De witbuikrotgans is lastig te herkennen, maar heeft een meer lichtere, (grijs)witte onderzijde dan de ‘gewone’ rotgans, die scherp contrasteert met de zwarte borst (5).

De witbuikrotgans is in de de praktijk best lastig te onderscheiden van de ‘gewone’ rotgans. Fotograaf: René de Waal

 

Zwarte rotgans

Broedt in Oost-Siberië, Alaska en NW-Canada, en is dwaalgast in West-Europa. Toch worden er elk jaar wel een paar gezien, met name in het Waddengebied. De zwarte rotgans heeft een grijszwarte rug en buik, waar de witte flank scherp mee contrasteert (6). De halsvlek is vaak breder dan bij de andere rotganzen (7). De zwarte rotgans valt over het algemeen goed op tussen de gewone rotganzen.

De zwarte rotgans valt tussen de ‘gewone’ rotganzen op door zijn contrastrijker kleed. Vergelijk de flank met de gewone rotgans links. Fotograaf: René de Waal

 

Brandgans

De brandgans is duidelijk familie van de rotgans. Bij de brandgans is de buik echter heel licht van kleur, en de kop is grotendeels wit. De rug is grijs met zwart-witte bandering.

De brandgans maakt een veel contrastrijkere indruk dan de rotgans. Fotograaf: René de Waal

Wist je dat?

  • Boeren zijn niet altijd blij met ganzen op hun grasland. Ze klagen dat begrazing van ganzen de uiteindelijke opbrengst van het grasland vermindert, en dat het door de vele keutels onaantrekkelijk wordt voor het vee. Uit meerdere studies blijkt echter dat er geen duidelijke vermindering van de opbrengst plaatsvindt. Ook de uitwerpselen zorgen niet per se voor waardevermindering van het gewas. Soms blijken schapen, en op Spitsbergen zelfs rendieren, verse ganzenkeutels te eten. Of schapen dat op onze Waddeneilanden ook doen, is niet bekend.
  • Het aantal overwinterende rotganzen in ons land was tot 1995 aan sterke schommelingen onderhevig. Dat kwam doordat poolvossen in de broedgebieden in magere lemmingjaren overgingen op het jagen op (rot)ganzen. Er worden dan beduidend minder jonge rotganzen grootgebracht. Lemmingen hadden een 7-jarige cyclus die, waarschijnlijk mede door klimaatverandering, doorbroken is. Sindsdien zijn de aantallen overwinterende rotganzen min of meer stabiel.
  • Uit ringgegevens blijkt dat rotganzen gemiddeld zo’n 10 jaar oud worden.

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Geef een reactie

Reageer op dit artikel

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *