Alles over ons magazine
Alles over ons magazine
Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis
Alles over ons magazine
Download GRATIS het ebook '14 tips om meer te genieten van vogels' en ontvang onze 2 wekelijkse nieuwsbrief met de meest recente artikelen op vogelskijken.nl
De krombekstrandloper heeft een opvallende licht gekromde snavel. Deze strandloper komt bij ons voor tijdens de voor- en najaarstrek en wordt dan met name langs de kust, maar ook wel in het binnenland gevonden.
In deze tijd trekken de krombekstrandlopers via ons land naar het zuiden. Je komt ze in het binnenland in ondiep zoet water en ook op de bollenvelden tegen maar de grootste aantallen kom je toch vooral tegen in de Waddenzee. Deze strandlopers broeden niet in Europa en komen hier alleen maar in het voor- en najaar tijdens de vogeltrek voorbij. De Waddenzee speelt tijdens de trek van het uiterste noorden van Centraal-Siberië naar West-Afrika een hele belangrijke rol. De krombekstrandlopers zoeken in deze tijd van rusten en opvetten in ons land het gezelschap van onder andere groepen kemphanen en bonte strandlopers. Het is aan te raden om grote groepen steltlopers zorgvuldig af te speuren en zo een krombekstrandloper te vinden. Tijdens de noordwaartse voorjaarstrek kiezen ze voor een meer oostelijke route en zien we ze hier veel minder dan in het najaar.
Wat direct opvalt is de langgerekte en gekromde zwarte snavel (1) waar de vogel ook zijn naam aan te danken heeft. De lichte wenkbrauwstreep (2) is met name in de winter en in mindere mate ook in de zomer te zien. De hals (3) en poten (4) zijn relatief lang en de poten steken tijdens de vlucht voorbij de staartpunt (5). Tijdens de vlucht is de witte stuit goed zichtbaar. De mannetjes zijn in de zomer iets dieper steenrood van kleur dan de vrouwtjes maar zien er verder hetzelfde uit.
Een krombekstrandloper man en vrouw zijn in de zomer allebei prachtig gekleurd waarbij het mannetje dus iets dieper steenrood gekleurd is dan het vrouwtje. Maar om dat onderscheid te kunnen, maken moeten de beide vogels te zien zijn zodat de kleuren goed te vergelijken zijn. De kop, hals en borst zijn dieprood gekleurd en gaat naar de buik over naar lichtgrijs. De dekveren en vleugels hebben een druk bruin, zwart met wit patroon wat je wel bij meer steltlopers ziet zoals onder andere de steenloper. De stuit is wit en pas goed zichtbaar tijdens de vlucht.
De krombekstrandloper heeft in de winter een lichte wenkbrauwstreep die ver voorbij het oog reikt. De teugel, de streep tussen snavelbasis en oog, is donker gekleurd. De dekveren zijn in de winter lichtgrijs zonder de bruine en steenrode kleur van het zomerkleed en de veren hebben een smalle lichte rand. Daarbij hebben de vleugel- en dekveren een smalle donkere schachtstreep.
Jonge krombekstrandlopers zijn fraai, grof geschubd getekend en missen de prachtige diep roodbruine kleur van het zomerkleed van een adulte vogel. De dekveren en vleugels van de juveniele krombekstrandloper hebben een messingachtige gloed met brede witte randen. De borst heeft een perzikachtig zweem en de buik is wit. De juveniele vogel heeft een fijn gestreepte hals, nek en kop met een lichte wenkbrauwstreep. In de vlucht zijn de volledig witte stuit en lange poten die voorbij de staart steken goed zichtbaar. De vrijwel witte stuit van een adulte vogel heeft enkele zwarte vlekken die de juveniele vogel niet heeft. De snavel is nu nog licht gebogen.
Zodra krombekstrandlopers in de broedgebieden arriveren en daar de sneeuw is gesmolten, beginnen ze direct met baltsen en paarvorming. Het broedseizoen is op de Noord-Siberische toendra’s immers kort en daarom hebben ze ook maar een legsel van vier tot zes eieren. Het vrouwtje zorgt voor de jongen en het voedsel bestaat voornamelijk uit wormen, schelpdieren, kreeftachtigen, geleedpotigen, insecten en soms zaden. Opmerkelijk is dat de vogels al vanaf begin juli de broedgebieden volledig verlaten en aan de trek naar Afrika beginnen. Vanaf juli arriveren dan ook de eerste krombekstrandlopers onder andere in de Waddenzee. Ze kunnen daar tot september, hooguit tot begin oktober blijven om daarna door te trekken naar West-Afrika. Ze trekken zowel overdag als ‘s-nachts.
De bonte strandloper is de talrijkste strandloper van allemaal en de meest algemene strandloper in Europa. De krombekstrandloper is iets groter dan deze bonte strandloper maar heeft een elegantere bouw met een goed geproportioneerd, langwerpig lichaam en een langgerekte en gekromde snavel. De bonte strandloper daarentegen maakt staand een wat ineengedoken indruk. De bonte strandloper heeft een vrij korte en vrijwel rechte snavel en heeft met name in de zomer een opvallende zwarte buikvlek en die soms nog goed zichtbaar is als de vogels tijdens de trek naar het zuiden ons land aandoen. Ze rusten dan in grote groepen in de Waddenzee en in grote natte natuurgebieden zoals bijvoorbeeld de Delta en de Biesbosch.
Geef een reactie
©Vogelskijken is onderdeel van PiXFACTORY