Onderdeel van Pixfactory

Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis

Sneeuwgors

Plectrophenax nivalis

Wie wel eens een groepje sneeuwgorzen heeft zien vliegen, heeft zich waarschijnlijk wel eens afgevraagd of de vogel misschien zijn naam dankt aan zijn uiterlijk en (vlieg)gedrag. Dwarrelend als sneeuwvlokken, daarbij het vele wit in de vleugels tevoorschijn toverend, vliegen ze van de ene plek naar de andere. Of komt het omdat de vogels al vroeg terug zijn in hun noordelijke broedgebieden waar zij vaak nog sneeuw aantreffen of zelfs tussen of in de nabijheid van sneeuw hun nest bouwen?

‘s Winters verblijven de meeste sneeuwgorzen in Nederland langs de kust op stranden en schorren, al kun je ze een enkele keer ook in het binnenland op bijvoorbeeld braakliggend terrein aantreffen.

Sneeuwgors
Fotograaf: Kees van der Klauw

Herkenning

16,5 cm. Mannetje in broedkleed met zwarte rug en middelste staartpennen, rest van verenkleed puur wit. In winterkleed zijn de witte delen roestbruin en is de rug warm bruin en zwart gevlekt. Vrouwtje ’s zomers met grijsbruine kop en rug met zwarte vlekking; ’s winters eender maar minder duidelijk getekend.Kop zonder opvallende streping. Snavel in de zomer geheel donker, in de winter licht gekleurd met donkere punt. In alle seizoenen met grote witte vlekken op bovenvleugel. Heeft lichte, golvende vlucht. Buiten broedseizoen in groepen.

Verspreiding

Broedt aan de kusten van Noord-Canada, Groenland, Scandinavië, IJsland en Rusland. Overwintert in Zuid-Canada, de Verenigde Staten, aan de noordelijke kusten van het Verenigd Koninkrijk, West- en Oost-Europa tot en met Oost-Rusland. In Nederland doortrekker en wintergast in klein aantal.

Biotopen

Overwinteren aan de kust in open gebieden zoals stranden, zeereep, kwelders, dijken en braakliggend terrein.

Levenswijze

Voedsel
’s Zomers insecten en zaden; buiten broedseizoen voornamelijk zaden.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 4-6, zelden 7-8. Buikig, glad en glanzend. Zeer lichtblauw of groenachtig-blauw, zeer verschillend gevlekt en gespikkeld met licht roodachtig-bruin, donkerbruin, purperachtig-bruin, licht purperachtig-grijs en soms purperachtig-zwart. Tekens kunnen schaars zijn en geconcentreerd aan de stompe pool, of dichter en meer verspreid over de gehele schaal. Formaat 21,9 x 16,2 mm.

 

Geluid

Roep in vlucht een ruisend ’tirrirriririp’, meestal te horen in groepen. Heeft verschillende andere roepen, waaronder ’tiu’.

Laatste waarnemingen

Geluidsopnames

Foto's