Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis
Rode Patrijzen werden in slechts vier atlasblokken opgespoord, deels gebieden waar ook meldingen uit voorgaande jaren bekend zijn. Al deze gebieden liggen in Noord-Brabant: de vliegvelden Eindhoven (solitaire vogel 1997-99) en Woensdrecht (1994, paar in 1998), de Ouwervelden bij Wouwse Plantage (solitaire haan in 2000) en rondom Putte (1992, minstens twee paren in 1998, nog present in 2001). Vanwege hun onopvallende gedrag kunnen Rode Patrijzen overigens hier en daar gemist zijn. De beide solitaire vogels zochten het gezelschap van Patrijzen op. De habitat waarin Rode Patrijzen zich ophielden varieerde van ruderale terreinen en agrarisch gebied met bosjes tot open plekken (jonge aanplant, wildakker) in droge naaldbossen, een habitat waar Patrijzen (zeker tegenwoordig) ontbreken.
De elf zeker of waarschijnlijk bezette atlasblokken uit 1973-77, een gevolg van introductiepogingen in 1967-76, werden verlaten. Over de toenmalige 25-30 paren werd na de ijzige winter van 1978/79 al niets meer gerapporteerd (SOVON 1987). De recente vestigingen – in westelijk Noord-Brabant deels bij gesloten jachtgebieden – betreffen waarschijnlijk wederom (in dit geval clandestiene) introductiepogingen, van een onbekende ondersoort. Het voorkomen is marginaal, paren met jongen of nesten werden nimmer gevonden. Na sneeuwval duiken soms vogels in tuinen op en zonder bijvoeren en verse herintroducties lijkt de populatie niet levensvatbaar.
De Nederlandse populatie tijdens de atlasperiode wordt geschat op 3-10 paren.
©Vogelskijken is onderdeel van PiXFACTORY