Onderdeel van Pixfactory

Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis

Paarse Strandloper

Calidris maritima

De paarse strandloper kun je langs pieren en havens langs zee aantreffen. Deze goed gecamoufleerde strandloper is meestal niet schuw en scharrelt vaak met steenlopers tussen de basaltblokken op zoek naar voedsel. Ze broeden in Noordelijk Europa en komen in Nederland alleen buiten het broedseizoen voor.

Fotograaf: Leo Tukker

Herkenning

20 cm. Compact gebouwde strandloper; lange snavel met gelige basis en korte vuilgele of oranje poten. Kop, borst en bovendelen zwartbruin, paarse gloed op bovendelen; oogring, keel en buik grijswit met veel bruine vlekjes. In vlucht herkenbaar aan zeer donker uiterlijk en witte ondervleugel die contrasteert met donkere flanken en borst. In winterkleed meer diep olijfkleurig, met vuilwitte onderdelen en donkere borst; veren op bovenzijde met smalle witte randjes. Juveniel in nazomer lijkt op adult in zomerkleed. Vaak samen met steenlopers. Zwemt vaker dan andere strandlopers en landt soms op het water.

Verspreiding

Broedt op sommige Canadese arctische Eilanden, Groenland, IJsland, noordelijk Fenno-Scandinavië en zeer noordelijk Rusland. Overwintert aan de Noord-Amerikaanse oostkust, kustgebieden in Noordwest-Europa en in kleine gebieden op Groenland en IJsland. In Nederland een wintergast in zeer klein aantal.

Biotopen

Bijna uitsluitend te vinden bij de zee, op harde substraten, voornamelijk op beton en basalt. Op pieren, strekdammen en dijken. Soms ook in het gras op zeedijken. Vaak in de spatzone van golven.

Levenswijze

Voedsel
Hoofdzakelijk ongewervelden, die tussen de stenen worden weggepikt. In het broedseizoen wordt ook wat plantaardig materiaal, waaronder knoppen en bessen, gegeten.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 4, soms 3. Buikig tot ovaal en peervormig. Glad en zwak glanzend. Gelijk aan de eieren van de bonte strandloper, doch iets groter. Licht tot zeer licht olijfkleurig, groen, of blauwachtig-groen. Zeer verschillend getekend met vaalbruine, donkerbruine of olijfbruine en enige lichte violetgrijze vlekken, stippen en krabbels. Schaarser aan de spitse pool en sterk geconcentreerd aan de stompe pool. Grotere vlekken zijn vaak langwerpig. Formaat 37,3 x 26,2 mm.

Geluid

Roep zacht ‘wiet-wit’. In vlucht, vooral in het voorjaar, ook een zwaluwachtige triller.

Laatste waarnemingen

Foto's