Onderdeel van Pixfactory

Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis

Kuifeend

Aythya fuligula

De kuifeend is in Nederland een veel voorkomende eendensoort, volgens SOVON Vogelonderzoek Nederland broeden jaarlijks ongeveer 14.000 tot 18.000 paar in ons land. In het najaar komen er nog duizenden kuifeenden bij uit de noordelijke landen, om in grote groepen te overwinteren. Het IJsselmeer is daarbij een van hun favoriete plekken. Kuifeenden zijn echte duikers, ze duiken naar dierlijk voedsel zoals schelpdieren en slakken. Hun lievelingsmaal is de driehoeksmossel die ze geheel inslikken en door hun maagspier wordt gekraakt.

Opvallend is het knalgele oog met de zwarte stip. Een mooi meetpunt om de scherpte van de foto te bepalen.

Kuifeend
Fotograaf: Vincent Vuik

Herkenning

40-47 cm. Bij mannetje contrasteren helder witte flanken en buik sterk met zwart van overig verenkleed. Lange, zwarte, afhangende kuif op achterhoofd, op afstand niet altijd zichtbaar. Vrouwtje met donkerbruine bovendelen, roodbruine wangen en nek; flanken geelbruin, buik roodbruin en borst donkerbruin, gevlekt met geelbruin; rudimentaire kuif. 's Winters heeft vrouwtje witte buik en witte vlek rond snavelbasis. Snavel grijsblauw met zwarte punt, poten lichtblauw. Beide sexen hebben in vlucht een brede, witte band langs achtervleugel. Juveniel en mannetje in eclipskleed als vrouwtje.

Verspreiding

Broedt in Europa en Noord-Azië, van IJsland tot Kamchatka, zuidelijk tot Centraal-Europa, Mongolië en Noord-Japan. Overwintert in Centraal- en Zuid-Europa, Afrika, Midden-Oosten en Zuid- en Oost-Azië. In Nederland vrij talrijke broedvogel, gedeeltelijk wegtrekkend; doortrekker en wintergast in groot aantal.

Biotopen

Zowel open als meer omsloten middelgrote zoete wateren; broedt graag op eilandjes. 's Winters op meren, plassen en aan beschutte kusten.

Levenswijze

Voedsel
Duikt voornamelijk voedsel op van bodem tot op 3 m. Voedsel varieert met plaats en seizoen. Omnivoor, eet gewoonlijk schelpdieren, garnalen, insecten; soms aanzienlijke hoeveelheden plantaardig voedsel.

Eieren
Aantal eieren in legsel 5-12, soms tot 18 en meer waar twee ♀♀ in hetzelfde nest leggen. Eieren groot voor de grootte van de vogel. Elliptisch tot buikig. Glad maar niet glanzend. Bleekgroen tot groenachtig-grijs. Formaat 58,3 x 40,8 mm.

 

Geluid

Roep van vrouwtje een scherp, grommend 'karr'; in broedseizoen laat mannetje een laag gefluit horen.

Laatste waarnemingen

Geluidsopnames

Foto's