Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis
De ‘grote broer’ van de kruisbek komt in sommige jaren meer in Nederland voor. De dikkere snavel en ‘zwaardere’ roep onderscheiden hem van een gewone kruisbek.
Determinatie van Grote Kruisbekken wordt sterk bemoeilijkt door het voorkomen van Kruisbekken uit verschillende herkomstgebieden met consistente verschillen in roep, zang en mogelijk ook morfologie (Robb 2000). Hierdoor wordt de Grote Kruisbek soms over het hoofd gezien, maar evengoed komt verwarring met Kruisbekken voor.
Uit vier atlasblokken werden in 1998 (na een zeer kleine invasie in 1997/98) Grote Kruisbekken gemeld, en wel op de Veluwe en in Noord-Brabant. De territoria waren gevestigd in opstanden met grove en Corsicaanse den. Alleen bij Epe werden jonge vogels gezien, al hoeven die niet van lokale oorsprong te zijn geweest (van Dijk et al. 2000). In Drenthe, op de Utrechtse Heuvelrug en in de duinen werd de soort niet waargenomen, gebieden waar tijdens eerdere invasies veel Grote Kruisbekken zijn opgemerkt.
In 1973-77 zijn geen broedverdachte Grote Kruisbekken waargenomen en werd alleen een vondst bekend. De soort stond toen nog te boek als dwaalgast. Na de invasie van 1982/83 was de soort op een enkele plaats broedverdacht in de Hollandse duinen (Schekkerman 1986) en op de Veluwe. Na de invasie van 1990/91 bleven grotere aantallen hangen: vooral in Drenthe en op de Veluwe werden tientallen territoria bezet, ook werden enkele zekere broedgevallen vastgesteld (Bijlsma et al. 2001). Wellicht hebben in 1991 50-100 paren een broedpoging in Nederland gewaagd. De populaties hebben echter nergens stand gehouden, analoog aan de situatie in Engeland. Net als bij andere kruisbeksoorten is het broeden ver buiten het reguliere broedgebied niet ongewoon bij de Grote Kruisbek (Nethersole-Thompson 1975).
In 1998 kwamen hooguit 5-10 paren in Nederland voor. De andere jaren ontbrak de Grote Kruisbek geheel.
©Vogelskijken is onderdeel van PiXFACTORY