Alles over ons magazine
Alles over ons magazine
Op werkdagen voor 15.00 besteld, morgen in huis
Alles over ons magazine
De Grauwe Kiekendief is een echte agrariër. Kleinschalig open cultuurlandschap is waar hij zich thuisvoelt. Het liefst ploft hij lekker neer tussen het koren.
43-47 cm, spanwijdte 98-110 cm. Kleiner en slanker dan blauwe kiekendief, met smallere puntiger vleugels en wendbaarder vlucht. Mannetje met asgrijze bovendelen en donkerder kruin, wangen, rug en binnenvleugel. Bovenvleugel met bleke binnenste handpennen, handdekveren en buitenste armpennen, contrasterend met zwarte buitenste handpennen en donkergrijze binnenvleugel en rug. Stuit en staart bleek grijs. Bovenvleugel met donkere streep over basis van armpennen en ondervleugel met 1-2 strepen. Vrouwtje en juveniel lijken sterk op steppekiekendief; zie blauwe kiekendief en steppekiekendief voor verschillen.
Broedt in delen van Europa, Belarus, Ukraïne, Kazachstan en Rusland. Overwintert in Afrika ten zuiden van de Sahara en Indië. In Nederland zeer schaarse broedvogel, wegtrekkend, doortrekker in zeer klein aantal.
In de broedtijd in moerassen, woeste gronden, duinen, heidegebieden, veengaten, ook in jonge dennenaanplant en korenvelden. Vermijdt verstoorde gebieden.
Voedsel
Jaagt door vaste routes af te vliegen, prooi vangend in plotselinge stootduik. Voedt zich voornamelijk met kleine, op de grond levende dieren, zoals zangvogels, knaagdieren, hagedissen en insecten.
Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 3-5, soms 2-10. Kort elliptisch tot rondachtig. Glad, niet glanzend. Blauwachtig-wit. Enkele kleine roodbruine tekentjes. Schaal aan de binnenzijde groen. Formaat 41,5 x 32,7 mm.
In het broedgebied een kekkerend ‘jik-jik-jik’.
©Vogelskijken is onderdeel van PiXFACTORY