Vogels van de Friese Waddenkust is een fraaie uitgave over het rijke vogelleven in dit deel van Friesland. Het boek is het resultaat van een groot project met vele auteurs en fotografen die de kloften fûgels volgden en vastlegden.
Wad, kwelders, zomerpolders
Vogels van de Friese Waddenkust is een omvangrijk boek over de ontwikkelingen van bijna tweehonderd vogelsoorten gedurende vijftig jaar in het gebied tussen Harlingen en Lauwersoog. De gegevens zijn aangeleverd door talloze tellers die ´hun vogels kennen, een telescoop hebben en een modderige kwelder als een uitdaging zien.
Het boek bestaat uit inleidende hoofdstukken over de Friese Waddenkust als landschap, een verantwoording van de gegevens en een schets van veranderingen bij doortrekkers, overwinteraars en broedvogels. Het omvangrijkste zijn de beschrijvingen van de tweehonderd vogelsoorten. Die bestaan uit de verspreiding, voorkomen in verschillende seizoenen en veranderingen gedurende de vijftig teljaren.
De Friese Waddenkust biedt ruimte, rust en voedsel. Vogels komen er om te broeden, te ruien en te overwinteren op het wad, in kwelders of in zomerpolders. Op bepaalde tijden is een groot deel van de wereldpopulatie er te vinden. Rosse grutto en kanoet vetten er op voor vertrek naar hun noordelijke broedgebieden; een tocht van wel vierduizend kilometer.
Verdwenen en verschenen
Voor wie wat minder voorkennis heeft van de geschiedenis van Friese natuurbescherming, zijn de verwikkelingen tussen de Waadfugelwurkgroep en de Fryske Feriening foear Fjildbiology aan het begin van het boek wat lastig te volgen. Daar staat tegenover dat de inleidende hoofdstukken een uitstekend overzicht van veranderingen in het vogelleven en onze omgang met de Waddenkust bieden.

Het gemiddeld aantal broedparen per soort laat voor sommige soorten grote veranderingen zien. Het aantal scholeksters is de afgelopen dertig jaar met tachtig procent afgenomen, het aantal brandganzen vrijwel verdubbeld. De kemphaan verdween door een voor vogels schadelijke vorm van landbouw (vroeg maaien, overbemesting, eenvormige grasmat). Ook de afname van de kemphaan als doortrekker is snel gegaan. Zaten er in 1998 nog maximaal zo´n 50.000 kemphanen op voorjaarsslaapplaatsen in Fryslân, dertien jaren later is dat afgenomen tot ongeveer 5.000 kemphanen.
In de afgelopen tien jaar zijn waterral, kleine plevier en zwartkopmeeuw er als broedvogel bijgekomen. Verdwenen zijn de grauwe kiekendief en de kwartelkoning. Er zijn soorten die landelijk afnemen, maar langs de Friese Waddenkust stabiele aantallen hebben, zoals goudplevier en groenpootruiter.
Het boek presenteert verschillende scenario’s om de achteruitgang van broedvogels tegen te gaan, zoals de vorming van nattere zomerpolders. Het voert te ver om daar in deze bespreking verder op in te gaan, maar de scenario’s zijn doordacht, onderbouwd en bevatten waardevolle inzichten.
Fotografie en vormgeving
Het fraaie omslag met de kluut is van Arnold Meijer, die zowel een deel van de foto’s als de vormgeving van het boek verzorgde. Vogels van de Friese Waddenkust is een boek dat je graag op de salontafel legt of met het omslag zichtbaar in je boekenkast plaatst.
De uitgave wijst op de kracht en kwetsbaarheid van dit fraaie gebied waarvan de schoonheid verbonden is met rust en ruimte. Met Vogels van de Friese Waddenkust heeft Nederland er een rijk standaardwerk over een prachtig vogelgebied bij.
Meinte Engelmoer, Henk Hiemstra, Meino Zondervan & Taeke Roosjen. Vogels van de Friese Waddenkust. Noordboek, Gorredijk 2025. 396 blz. € 34,90.