In april breng ik altijd een kort bezoekje aan de oeverzwaluwen; ik geniet van het onderlinge gekwebbel en interactie die ze hebben met elkaar. Het is heerlijk om ernaar te kijken en te luisteren.
In dit geval was het een prachtige ochtend met een heldere nacht, de zon kwam net boven de horizon en deze nog laagvliegende vogels werden prachtig belicht. Als ik voor deze soort op pad ga ben ik er dan ook op tijd bij.

Om foto’s van deze snelle rakkers te maken heb ik inmiddels mijn eigen methode bedacht. Ik zit altijd op mijn knieën met de zon in mijn rug langs de vluchtroute van deze snelheidsduivels en ik slinger ze wel op de bon.
Focus
Mijn camera stel ik in op breedveld-AF C1; ook C2 maak ik beschikbaar om te kunnen rouleren in horizontale of portretstand. Hiermee zorg ik ervoor dat de focus op de oeverzwaluw komt te liggen die ik voor ogen heb. Omdat er vaak voldoende licht is in de ochtend en ik toch met een lichtsterk objectief fotografeer, zet ik de sluitertijd lekker kort. Meestal is dit zo’n 1/10000 van een seconde. Ik heb het licht dus waarom zou ik iets aan het toeval van bewegingsonscherpte overlaten?
Ook probeer ik zo min mogelijk de converter te gebruiken; ik schiet bijna alles op 400mm. De reden hiervoor is, dat ik liever iets crop dan dat ik beschik over een plaat met een halve vleugel of staart. Met deze jongens is dat snel aan de orde. Of ik ben gewoon te traag qua reactievermogen, of had dit te maken met de avond ervoor…

Vroege ochtend
Wanneer je voor deze soort gaat én je er op tijd bij bent, vliegen ze redelijke laag. De lucht moet nog opwarmen voor de insecten om zich in hogere sferen te begeven. Fotograferen in de vroege ochtend is dus een enorm voordeel. De oeverzwaluwen vliegen op ooghoogte voorbij en de lage zon belicht de vogels mooi van onderen. Welk beter recept kun je bedenken?
De hoogte van de vegetatie is ook een cruciale factor. Zodra de lente bij ons begint, kan het binnen een week gedaan zijn. In ieder geval voor de foto’s. Het focussen wordt bemoeilijkt door her en der een grassprietje. Dit kan ervoor zorgen dat je camera op het cruciale moment net op een ander onderwerp scherpstelt. Dit was zo’n situatie waar het bijna mis ging.

Avond
Naast de ochtend is de periode van de avond ook een goede optie. Je kunt dan net weer een ander standpunt innemen. Dit zorgt ervoor dat je ook weer voorzien wordt van een andere achtergrond. Het is even zoeken naar het juiste plekje, maar soms komt er tijdens het fotograferen een interessant beeld door de zoeker heen. Dit was voor mij zo’n moment.

Wat ook enorm in het voordeel werkt zijn de dagen dat er niet zo veel wind staat. Op deze momenten worden de oeverzwaluwen niet zomaar van links naar recht geblazen met een enkele beweging van de staart. Windkracht 0, 1 of 2 zijn perfect.
Nu we het toch even over de wind hebben is het altijd wel fijn dat het ook de juiste richting heeft. Het meest ideaal vind ik het als de wind uit de richting komt van waar ze naar toe willen. Dit zorgt ervoor dat ze iets naar beneden duiken om de wind te ontduiken, met als gevolg dat ze dezelfde beweging weer naar boven maken. Dit geeft voorspelbaar gedrag waar je op in kan spelen.

Bouwmaterialen
Wanneer de oeverzwaluwen weer ons land binnenkomen, beginnen ze direct aan het bouwen van een nederig stulpje. Wie het eerst komt wie het eerst maalt, en daar horen bouwmaterialen bij. Deze bouwmaterialen bestaan uit diversen elementen.

Hoewel ik vooral bezig was om de oeverzwaluwen op de foto te krijgen met het riet in de achtergrond – ik vind dat een heerlijke sfeer geven – ben ik het meest tevreden met de foto aan de kop van dit artikel. De momenten dat ik ze zo kon fotograferen zijn sporadisch; het is maar twee keer gelukt om ze zo vast te leggen. Dit maakt het dan voor mij net weer wat specialer.

Dit artikel is geschreven door Kevin Hollmann. Alle foto’s zijn ook door hem gemaakt.